Dit artikel maakt deel uit van onze ERSIS-studie 2025
Socialemediabedrijven kampen met verschillende ESG-uitdagingen, voornamelijk op sociaal vlak en
mensenrechten. Herhaaldelijk komen socialemediabedrijven in het nieuws met controverses, van
datamisbruik tot negatieve impact op kinderen of de maatschappij70. Dit roept de vraag op of dergelijke
bedrijven duurzaam te noemen zijn en of ze bijgevolg thuis horen in een duurzaam beleggingsproduct.
Om op die vraag te antwoorden toetsen we socialemediabedrijven aan een paar theoretische kaders
binnen duurzaam beleggen.
Theoretisch kader: ESG en duurzaam beleggen
Het basiskader voor duurzaam beleggen is ESG analyse. Daarbij worden de ESGgegevens
van een bedrijf in haar geheel beoordeeld. De producten of diensten die
het bedrijf levert, maken integraal deel uit van de analyse, maar zijn er slechts een
onderdeel van. Sommige socialemediabedrijven zijn niet enkel actief als ‘sociaal media
platform’, maar bieden ook andere diensten aan. De ESG-scores en controverses van
die bedrijven zijn dus niet enkel gelinkt aan hun platformen.
Verder werken ESG-scores met vastgelegde gewichten en interne indicatoren.
Sommige data providers geven voorrang aan goed bestuur, andere leggen de
nadruk op maatschappelijke of milieucriteria. Als data ontbreekt, maken enkele data
providers bovendien prognoses op basis van gelijkaardige bedrijven. Verder nemen
sommige data providers controverses mee in hun analyse, terwijl andere zich enkel
op bedrijfsrapportage baseren. Die uiteenlopende benaderingen liggen mee aan de
basis van de soms grote verschillen in ESG-scores.
Analyse van ESG-scores
Om een beeld te kunnen krijgen van het duurzaamheidsgehalte van
socialemediabedrijven volgt een analyse van de ESG-scores van de twaalf grootste
socialemediabedrijven. De selectie gebeurde op basis van een combinatie van
marktkapitalisatie, gemiddeld aantal maandelijkse gebruikers en gebruik in Europa.
De onderstaande tabel geeft de publiek beschikbare ESG-scores van vier data
providers: MSCI, Sustainalytics, S&P en esgbook.
Deze vier hanteren elk een andere methodologie en geven hun scores op een
verschillende manier weer. MSCI geeft elk bedrijf een score van CCC voor ‘laggards’
tot AAA voor ‘leaders’. Sustainalytics geeft elk bedrijf een score van 0 voor ‘negligible
risk’ tot 40+ voor ‘severe risk’. S&P en esgbook geven een score van 0 tot 100 met 100
als best mogelijke score. Daarnaast zijn sommige scores absoluut en andere relatief
ten opzichte van de sector. Ook worden controverses door de ene wel en door andere
Er zijn duidelijke verschillen tussen de scores van de vier data providers. Zo krijgen
zes bedrijven een afwijkende score van één van de vier data providers. Meta ontvangt
van esgbook een gemiddelde score van 58,29, terwijl het door MSCI als ‘laggard’, door
S&P als zwak en door Sustainalytics als ‘high risk’ wordt geclassificeerd. Tencent krijgt
dan weer een betere ‘low risk’ score van Sustainalytics en een bovengemiddelde score
van S&P, maar een eerder gemiddelde score van de andere twee. Van MSCI, S&P en
esgbook krijgt Pinterest een zeer gemiddelde score, terwijl het van Sustainalytics
een goede ‘low risk’ score krijgt. Amazon krijgt een zwakke score van S&P en een
gemiddelde score van de andere.
De scores van Spotify en Snap vallen het meest op.
Spotify doordat het een slechte 38,96 score van esgbook, een zwakke (bijna slechte)
22 score van S&P, een gemiddeld lage ‘BBB’ score van MSCI en een gemiddeld hoge
(bijna ‘low risk’) 20,9 score van Sustainalytics krijgt.
Snap omdat het een slechte 47,44 score van esgbook, een gemiddeld lage ‘BB’ score
van MSCI, een gemiddelde 46 score van S&P en een gemiddeld hoge (bijna ‘low
risk’) 20 score van Sustainalytics ontvangt. De overige bedrijven krijgen een relatief
Opvallend is dat geen van de data providers altijd een hogere of lagere score geeft in
vergelijking met de andere data providers. De ESG-scores van socialemediabedrijven
zijn gemiddeld tot laag, met Spotify en X als slechtste leerlingen van de klas en met
Microsoft als enige uitblinker.
Naast een algemene ESG-score bieden zowel MSCI als S&P een E, S en G score ook
apart publiekelijk aan. S&P geeft dit wederom weer door een score van 0 tot 100,
met 100 als best mogelijk resultaat, MSCI geeft vier mogelijke scores; ‘green’, ‘yellow’,
‘orange’ en ‘red’. Kleuraanduidingen zijn toegevoegd door Forum Ethibel en maken
geen deel uit van de originele data.
Net zoals in de hieropvolgende analyse van controverses zien we in de data van MSCI en S&P dat de
uitdagingen van socialemediabedrijven zich vooral op sociaal en in iets mindere mate op bestuurlijk
vlak situeren. Enkel Spotify vormt hierop een uitzondering.
Analyse van ESG controverses
Naast ESG-scores, is het interessant om controverses onder de loep te nemen. Die
worden niet altijd opgenomen in ESG-scores en geven een concreet beeld (vaak gelinkt
aan recente gebeurtenissen) van de ESG problemen waar socialemediabedrijven
mee kampen. Voor dit deel van dit artikel werkten we samen met Sentometrics, een
bedrijf dat ESG-data haalt uit nieuwsartikels. Sentometrics vond 51 controverses op
basis van nieuwsartikels in de periode 2018-2025. Onderstaande grafiek toont hoe
deze controverses zijn verdeeld over socialemediabedrijven en ESG-categorieën. De
grafiek hieronder is gebaseerd op controverses die betrekking hebben op filialen van
deze sociale media bedrijven in België; controverses waarbij Belgische stakeholders
betrokken zijn of een impact hebben; of op controverses gelinkt aan de EU, waarbij
Sentometrics ervan uitgaat dat deze per definitie ook een impact hebben op Belgische
stakeholders. Deze 51 cases maken dus maar een deel uit van alle controverses waarin
deze bedrijven wereldwijd betrokken zijn.
De meeste controverses zijn sociaal van aard en hebben betrekking op mensenrechten,
dataprivacy, veiligheid van kinderen, schadelijke inhoud, haatdragende taal,
onmenselijke behandeling, slechte werkomstandigheden, censuur en desinformatie.
Enkel bij Alphabet zijn de meerderheid van de controverses gerelateerd aan deugdelijk
bestuur. Het gaat dan om oneerlijke concurrentie (monopolie), fact-checking en
nationale veiligheid. Er werd maar één milieugerelateerde controverse gevonden. De
grafiek hieronder geeft het aantal controverses per type weer. Een volledige lijst met
controverses is te vinden in de appendix.
Opname van socialemediabedrijven in duurzame financiële producten
Er zijn twee grote stromingen als het gaat over opname van bedrijven in duurzame
Een eerste stroming, die een negatieve (uitsluiting) methode hanteert, is selectief
en sluit bedrijven die niet voldoen aan bepaalde ESG-criteria uit. Of desinvesteren
voldoende bijdraagt aan gedragsverandering bij bedrijven is onderwerp van debat;
studies geven uiteenlopende resultaten. Ze zijn het er wel over eens dat om een
impact te hebben, dezelfde bedrijven op hetzelfde moment moeten gedesinvesteerd
worden75, bijvoorbeeld via coördinatie met duurzaamheidslabels. Een nadeel is
dat bedrijven waaruit men desinvesteert kunnen opteren hun notering aan de
beurs te beëindigen, wat betekent dat ze niet meer vallen onder de transparantie
verplichtingen die bij publieke notering horen. Naast het beïnvloeden van bedrijven,
kan een deontologische ethische invalshoek op zichzelf een reden zijn om bedrijven
uit te sluiten. Een tweede stroming, die een positieve (actieve) methode hanteert, neemt bedrijven
met slechtere ESG-scores wel op om hen door middel van actief aandeelhouderschap
aan te sporen verder te gaan in de verduurzaming van hun producten en diensten76.
Gezien de hoge marktkapitalisatie van de meeste socialemediabedrijven is het echter
moeilijk om op die manier invloed uit te oefenen, tenzij het om een samenwerking
van grote institutionele investeerders of financiële instellingen gaat.
Zo werd succesvol in dialoog getreden met Meta, X en Alphabet door een coalitie
van 100 institutionele investeerders na de terroristische aanval op moskeeën in
Christchurch die live werd ‘gestreamed’ op Facebook77. Dit leidde tot een verstrenging
van hun livestreamingbeleid78. Recenter trad ook de Big Tech & Human Rights investor
collaboration groep, die 7 biljoen in activa vertegenwoordigt, in gesprek met Alphabet,
Amazon, Meta, Microsoft en Tencent over mensenrechtenschendingen79.
Ook duurzaamheidslabels zoals het Towards Sustainability (België) en het ISR label
(Frankrijk) zijn instrumenten om duurzaamheidsinspanningen van financiële
producten te coördineren. Deze twee labels kijken op een gelijkaardige manier naar
socialemediabedrijven. Ze worden in het algemeen niet uitgesloten op basis van harde
uitsluitingscriteria, maar ondergaan onder meer een normatieve screening. Label
ISR sluit bedrijven die zware of herhaaldelijke inbreuken tegen de United Nations
Global Compact (UNGC) plegen uit80, terwijl Towards Sustainability een screening en
monitoring vereist, zonder automatische uitsluiting81. Beide labels hanteren criteria
voor sectoren als tabak, wapens, olie en gas, maar geen specifieke criteria bestaan
voor socialemediabedrijven. Dit kan ertoe leiden dat het ene label de opname van een
bedrijf – tijdelijk - toestaat, terwijl het andere het uitsluit.
Naast uitsluiting en actief aandeelhouderschap bestaan er ook andere strategieën
binnen duurzaam beleggen. Een derde methode is de ‘best-in-class’ of ‘best-inuniverse’
benadering, waarbij enkel bedrijven worden geselecteerd die binnen hun
sector de hoogste ESG-scores behalen. Dit laat toe om in socialemediabedrijven te
investeren, op voorwaarde dat zij beter presteren dan hun sectorgenoten op het vlak
van duurzaamheid. Ten slotte is er thematisch beleggen, waarbij beleggingen gericht
zijn op specifieke thema’s zoals digitale inclusie of dataveiligheid. Die aanpak biedt
ruimte om kapitaal te richten op innovatieve bedrijven die duurzaamheid centraal
Conclusie
De grote socialemediabedrijven blijven worstelen met hun sociale en bestuurlijke
uitdagingen, wat resulteert in rechtszaken en een verhoogd risicoprofiel inzake
duurzaamheid. Een vermogensbeheerder of institutionele investeerder heeft
verschillende opties om met dit risico om te gaan zoals uitsluiting en actief
De uiteenlopende ESG-scores bevestigen een heel divers beeld: verschillen in methodologie
leiden tot afwijkende evaluaties. Dit pleit voor een gecombineerde
benadering, waarbij ofwel informatie van meerdere data providers wordt
samengebracht of er intern zelf bijkomend onderzoek wordt verricht.
Samenwerking
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Sentometrics. Deze spinoff van de
UGent en VUB gebruikt een combinatie van AI en expertanalyse om bedrijfsinformatie
uit nieuwsdata op een gestructureerde manier ter beschikking te stellen. Wanneer
de AI opvolging ernstige ESG beschuldigingen vaststelt, dan stelt een ESG expert
van Sentometrics een samenvattend rapport op met daarin de historiek van de
beschuldigingen, de bedrijfsantwoorden, de principes van het mondiaal pact van de
Verenigde Naties die mogelijks geschonden worden, de ernst en de huidige toestand
van de controverse. Sentometrics stelt deze analyses ter beschikking via Belga Press,
Trends Business Information en haar eigen dashboard. Meer op informatie kan je
vinden op: Sentometrics | Harness the power of news